Of je nu net een Railster hebt geïnstalleerd, toegewezen aan je voertuig maar problemen ondervindt waardoor de installatie niet gevalideerd kan worden, of een reeds geïnstalleerde Railster niet meer communiceert of niet alle gegevens verstuurt, hier zijn de eerste essentiële stappen die je moet volgen.

Als je een probleem hebt met een Railster en je ontvangt niet alle gegevens, verwijder de toewijzing niet en wijs de Railster opnieuw toe op het platform. Dit helpt niet bij verbindings- of gegevensproblemen.

Als het voertuig niet in gebruik is (geparkeerd, in onderhoud, ...), is het normaal dat het niet communiceert. Zodra de asset weer in gebruik is, wordt de communicatie hervat.

Als het voertuig in gebruik is en de Railster communiceert niet, volg dan de stappen hieronder.

Als je enkele gegevens ontvangt maar niet alle, kun je de Railster installatiepagina controleren terwijl het voertuig en de Railster ingeschakeld zijn door naar de pagina "Uitgeruste voertuigen" te gaan, je voertuig op te zoeken en op de link in de kolom "Validatiestatus" te klikken.

Deze pagina toont de status van alle meetwaarden op de asset in realtime. Als het voertuig uitgeschakeld is, is de pagina helemaal rood.

Als het voertuig en de Railster aan staan en je ziet dat sommige rijen groen zijn en andere rood, controleer dan de stappen die zijn aangegeven in de rode rijen om het probleem op te lossen (bijv. als de rij van de motor rood is, controleer dan de connectie van de motor).

De Railster installatiepagina kan de problemen al aanwijzen, maar het is altijd het beste om op de locomotief te gaan en een visuele inspectie uit te voeren.

Zodra de Railster is geïnstaleerd en ingeschakeld, moet de systeemstatus-LED continu blauw branden. Deze LED bevindt zich onder de "ACT" markering bovenop het frontpaneel van de Railster. Om de 10 seconden zal hij 3 keer knipperen om 3 statussen aan te geven (GROEN/RODD), Deze volgorde is ononderbroken zolang de Railster is ingeschakeld.

Dit si hoe de hoofd-LED reageert zodra de stroom is ingeschakeld:

Om een volledig functionele Railster te hebben, moeten alle 3 lampjes GROEN zijn als de externe stroomvoorziening is AANgesloten en INgeschakeld.

Als een van de knipperlichten rood is, controleer dan de juiste bekabeling en aansluitingen.

Als de LED helemaal niet brandt, werkt de Railster op batterij. In deze modus zal de LED alleen oplichten wanneer de Railster periodiek ontwaakt voor een paar minuten en daarna weer uit gaat.

Controleer in dit geval het voedingscircuit en de aansluitingen.

Enkele minuten na het inschakelen van de Railster moeten alle aangesloten [U1>U5] ingangsactiviteits-LED's continu blauw branden, ten teken dat deze poorten correct zijn geconfigureerd (zie onderstaand voorbeeld met U1 en U3).

De LED's van de UIP-connectoren knipperen min of meer snel, afhankelijk van de snelheid van de data transfer.

Blauw: de UIP word gevoed

Groen: de gegevens worden correct ontvangen

Rood: alleen ongeldige gegevens worden ontvangen

Oranje (of afwisselend rood en groen): er worden enkele geldige en ongeldige gegevens ontvangen

Als de LED's van de UIP rood of oranje (of rood en groen) zijn omdat ongeldige gegevens worden ontvangen, controleer dan de bekabeling aan de hand van het meegeleverde bekabelingsschema.

Na controle of de bedrading correct is, moet de Railster als volgt handmatig opnieuw worden gestart:

Als de installatieprocedure is gevolgd en de bekabeling van de Railster correct is, maar de Railster nog steeds niet kan communiceren, neem dan contact met ons op via de chatfunctie op het Railnova platform of stuur een e-mail naar support@railnova.eu.

Vermeld in je bericht de volgende informatie: